Deze blog verscheen eerder in Nieuwsblad Transport: Val van Oost-Europese uitzendbureaus?

Deze blog verscheen eerder in Nieuwsblad Transport: Val van Oost-Europese uitzendbureaus?

De horeca begint weer te bloeien. Althans, restaurants zijn de laatste weken behoorlijk in trek. Gelukkig maar. Ze hebben een zware periode achter de rug. Taak aan de consument om zijn steentje bij te dragen door geregeld aan te schuiven.

Ik ben zo’n consument en afgelopen weekend zat ik heerlijk te genieten in mijn favoriete restaurant. Opvallend genoeg zat de zaak niet vol. Op mijn vraag hoe dit zo kan, kreeg ik een verrassend antwoord. De gasten zijn er wel, er is alleen een schrijnend tekort aan horecapersoneel. Die zijn in de barre coronatijden naar huis gestuurd en hebben inmiddels elders werk gevonden. Uitwijken naar een uitzendbureau dan maar, een Nederlandse of een buitenlandse.

In de transportsector zie ik dit ook steeds vaker. Er is een schrijnend tekort aan chauffeurs die meerdaagse internationale ritten willen verrichten. Zodoende zoekt men steeds verder over de grens naar geschikte chauffeurs, via buitenlandse transportbedrijven en buitenlandse uitzendbureaus. Deze bureaus hebben zowel EU-onderdanen als zogenaamde ‘derdelanders’ in dienst. Vaak op basis van bilaterale verdragen tussen de twee landen. Daarom werken er veel Oekraïense chauffeurs voor Poolse uitzendbureaus en Turkse rijders voor Duitse uitzendbureaus. Op deze manier is het voor niet-EU-staatsburgers vrij eenvoudig om binnen de EU te gaan werken. Werken zij eenmaal legaal in een van de lidstaten van de EU, dan mogen zij, mits zij voldoen aan de overige vereisten en voorwaarden, ook in andere lidstaten tewerkgesteld worden, blijkt uit een uitspraak van het Hof van Justitie EU.

Dit arrest leidde ertoe dat er steeds meer uitzendbureaus in landen als Polen en Duitsland werden opgericht met het doel om chauffeurs binnen transportbedrijven in heel Europa tewerk te stellen. Door het Mobility Package, dat het voor de Oost-Europese transportbedrijven weer een stuk lastiger maakte om in West-Europa hun diensten aan te bieden, leken de Oost-Europese uitzendbureaus het ‘ei van Columbus’ om de strenge regels te omzeilen. Datzelfde Hof van Justitie EU heeft aan dat ‘droomscenario’ recent echter een eind gemaakt door een uitspraak in een zaak van het Bulgaarse uitzendbureau Team Power Europe (TPE). Dat vroeg voor haar uitzendwerk in Europa een relatief gunstige Bulgaarse sociale zekerheidsregeling aan voor geworven uitzendkrachten. Dat werd door de Bulgaarse Sociale Zekerheidsdienst geweigerd. TPE ging naar het Hof, maar ving ook daar bot. In de praktijk kwam het er namelijk op neer dat deze uitzendkrachten vrijwel uitsluitend bij ondernemingen in Duitsland werden tewerkgesteld. TPE komt daarmee niet in aanmerking voor het, doorgaans voordelige, sociale zekerheidsstelsel van de lidstaat waar dit bureau is gevestigd.

Deze uitspraak zal enorme gevolgen hebben voor met name de Oost-Europese uitzendbureaus die chauffeurs uitzenden naar andere landen dan die waar zij gevestigd zijn. Door het Mobility Package viel het loonvoordeel voor die bedrijven al grotendeels weg. Met deze uitspraak zal ook het voordeel op het gebied van sociale zekerheid verdwijnen. Werk je vrijwel uitsluitend in West-Europa, dan heb je daar als Oost-Europees bedrijf eigenlijk niets te zoeken. Oost-Europese uitzendbureaus, maar ook transportbedrijven, die doorgaans uitzenden of werken in West-Europa, zullen het nu erg zwaar gaan krijgen. Bedrijven die nodig zijn om iets aan het schrijnende chauffeurstekort in West-Europa te doen. En zo heeft de sector er straks weer een nieuwe uitdaging bij.