Artikel op Logistiek.nl: de regels omtrent detachering in het wegtransport – deel 1

Artikel op Logistiek.nl: de regels omtrent detachering in het wegtransport – deel 1

Dit artikel is eerder verschenen op Logistiek.nl: https://www.logistiek.nl/184616/de-regels-omtrent-detachering-in-het-wegtransport-deel-1

Sinds februari gelden de nieuwe detacheringsregels van de Europese Mobility Package. Maar er zijn nog veel vraagtekens, weet advocaat-partner bij Vallenduuk Transport Advocaten Michelle Vrolijk. In deze blog geeft Vrolijk aan waar de detacheringsregels vandaan komen, welke ontwikkelingen er al zijn geweest en voor welke ritten de nieuwe richtlijn van invloed is. Ook legt ze uit waarom Nederlandse transportbedrijven wél nu al de regels moeten toepassen, ondanks dat de regels nog niet zijn omgezet in nationale wetgeving.

Het is u ongetwijfeld niet ontgaan de afgelopen jaren: The European Mobility Package, oftewel het Europese Mobiliteitspakket. Een pakket van drie Europese ‘wetten’ op het gebied van wegtransport. De hoofdonderwerpen van deze wetten zijn detachering (minimumlonen chauffeurs), rij- en rusttijden (waaronder return home driver) en toegang tot de markt / vergunningseisen (waaronder return home truck en cabotage).

Het heeft meer dan drie jaar geduurd voordat er op Europees niveau een akkoord was op de inhoud van deze wetten. Een aantal van deze wetten gelden rechtstreeks ten opzichte van burgers, maar voor sommige onderdelen gold dat deze door alle lidstaten eerst nog binnen twee jaar omgezet moesten worden in nationale wetgeving. Dat laatste is het geval bij de nieuwe detacheringsregels voor het wegtransport en die tweejaarstermijn is afgelopen februari verstreken. Helaas zijn de regels in veel landen (waaronder Nederland) nog niet omgezet. Welke gevolgen heeft dat precies en waar moeten transportbedrijven nu rekening mee houden?

Detacheringsrichtlijn van 1997

In 1997 is de zogenaamde Detacheringsrichtlijn tot stand gekomen. In het kort zegt deze richtlijn dat een werknemer recht heeft op een aantal arbeidsvoorwaarden van het land waar hij tijdelijk naartoe gedetacheerd wordt. Onder detachering valt dan 1) zuivere detachering op basis van een dienstenovereenkomst (zoals een transportovereenkomst), 2) intra-concern detachering of 3) uitzendarbeid. Voornamelijk voor het onderdeel van zuivere detachering was deze richtlijn in de internationale wegtransportsector zeer moeilijk toe te passen. In diverse zaken is hierover geprocedeerd en steeds kwamen rechters tot andere oordelen. In 2014 is de Handhavingsrichtlijn tot stand gekomen, deze riep onder andere de meldplicht in het leven. Vervolgens is in 2018 de Detacheringsrichtlijn herzien, waarbij onder andere een nieuw loonbegrip werd geïntroduceerd en bepaald werd dat een detacheringsperiode niet langer dan twaalf tot hoogstens achttien maanden mag duren (na die tijd maakt de werknemer aanspraak op meer arbeidsvoorwaarden). Omdat die detacheringsregels zo moeilijk toepasbaar waren op de wegtransportsector, is toen besloten om die Herziene Detacheringsrichtlijn pas op het wegtransport van toepassing te verklaren wanneer er een Transport Specifieke Detacheringsrichtlijn zou komen.

Onderdeel van Mobility Package

En die laatste is dus onderdeel van het Mobiliteitspakket. Deze laatste richtlijn had door de Nederlandse overheid op 2 februari 2022 omgezet moeten zijn in nationale wetgeving, maar dat is nog niet gebeurd. Dat betekent echter niet dat de richtlijn in het geheel nog niet toegepast hoeft te worden. Inspectiediensten kunnen nog niet controleren en handhaven op naleving van de Transport Specifieke Detacheringsrichtlijn, maar werknemers (chauffeurs) kunnen al wel rechtstreeks beroep doen op de rechten die uit deze detacheringsrichtlijn voortvloeien. Zij kunnen jegens hun werkgever dus bijvoorbeeld aanspraak maken op een hoger minimumloon uit een ander land waar zij naartoe gedetacheerd worden.

Zuivere detachering
Maar wanneer is er dan sprake van detachering zoals bedoeld in deze nieuwe richtlijn? Dat is enkel het geval wanneer er sprake is van zuivere detachering, oftewel, wanneer tussen twee bedrijven sprake is van een transportovereenkomst (het uitvoeren van transportopdracht(en)). Dat kan dus het geval zijn wanneer een opdrachtgever een transportopdracht door een transporteur laat uitvoeren, maar ook wanneer de transporteur de opdracht uitchartert aan een ondervervoerder. Voor deze (uitlenende) bedrijven geldt dat zij hun werknemers – ook nu al – conform de nieuwe regels moeten betalen.

Kort gezegd komen deze nieuwe regels neer op het volgende:

1.       Bilateraal transport is geen detachering (de werknemer ontvangt dus niet het loon van de landen waar hij in rijdt / laadt / lost);

2.       transito vervoer in een andere lidstaat is geen detachering (de werknemer ontvangt dus niet het loon van het land waar hij doorheen rijdt);

3.       een rit die onderdeel is van gecombineerd transport is geen detachering, mits de rit zelf bilateraal is (zie onder 1);

4.       cabotagevervoer is altijd detachering (de werknemer ontvangt het loon van het land waar hij in rijdt, laadt en lost);

5.       niet-bilateraal internationaal vervoer (derdelandenvervoer) is detachering.

Vooral deze laatste vorm van transport zoals genoemd onder 5, komt natuurlijk heel vaak voor. Transportbedrijf A gevestigd in Polen, verricht een transportopdracht voor opdrachtgever B, gevestigd in Nederland voor een rit naar losadres C in Duitsland. Helaas is er tot op heden nog steeds veel onduidelijk over welke gevolgen deze nieuwe regels in dit geval dan precies hebben voor het loon van de chauffeurs. Ontvangen zij Nederlands loon omdat ze gelost hebben in Nederland? En voor hoe lang dan precies? Alleen voor het stuk in Nederland of voor de hele rit? Of is het Duits loon, omdat er in Duitsland gelost wordt? Ik zal hier volgende maand in een opvolgend artikel dieper op ingaan.

Uitzendarbeid

Tot slot is het goed om te vermelden dat uitzendarbeid (dus een transportbedrijf dat werknemers inleent van een buitenlands uitzendbureau) niet onder de Transport Specifieke Detacheringsrichtlijn valt. Deze vorm van detachering viel – ook voor de wegtransportsector – altijd al onder de toepassing van de Herziene Detacheringsrichtlijn.  Voor uitzendwerknemers geldt dus ook dat zij direct al aanspraak maken op Nederlands loon wanneer zij naar een Nederlands transportbedrijf worden uitgezonden.

Transportbedrijf, pas de regels nu al toe

Ondanks dat de regels omtrent detachering nog niet zijn omgezet in nationale wetgeving, zal er al met al dus geconcludeerd moeten worden dat transportbedrijven deze regels toch al moeten gaan toepassen. Tezamen met de toepassing van de vele andere nieuwe regels uit het Mobiliteitspakket is het transporteurs daarom aan te raden hun huidige bedrijfsvoering eens goed onder de loep te nemen, zodat in kaart kan worden gebracht welke werkprocessen er aangepast moeten worden. Laat u daarbij goed informeren door specialisten, want de gevolgen van niet-naleving kunnen groot zijn. Voor het onderdeel detachering mag dan nu wel alleen gelden dat werknemers bij hun werkgever kunnen aankloppen, wat met onderlinge afspraken allicht wel op te lossen is, maar binnenkort – wanneer de wetten zijn omgezet in nationale wetgeving – kunnen inspectiediensten bij weg- en bedrijfscontroles ook boetes geven indien geconstateerd wordt dat deze regels niet worden nageleefd.